Veiligheid en beveiliging
De missie van de justitiële jeugdinrichtingen (JJI's) en KVJJ’s is om jongeren in te sluiten, te begrenzen en hen tegelijkertijd te motiveren en toe te rusten om zich zo goed mogelijk te kunnen blijven ontwikkelen. Daarbij wordt rekening gehouden met hun ontwikkelingsleeftijd enerzijds en de oorzaak en aard van het delict gedrag anderzijds. Het uiteindelijke doel is recidive (zoveel mogelijk) te voorkomen en een volwaardige deelname aan de samenleving mogelijk te maken. Door de tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen en vrijheidsbenemende maatregelen te verbinden aan het bieden van mogelijkheden om een verantwoord maatschappelijk bestaan op te bouwen zonder recidive, leveren de inrichtingen een belangrijke bijdrage aan de veiligheid van de samenleving. De veiligheid van de maatschappij wordt gegarandeerd door insluiting. Insluiting wordt mogelijk gemaakt door materiële beveiliging.
De JJI heeft een beveiligde buitenring, bestaande uit een muur of hek. Om binnen te komen moet personeel en bezoek langs de portier. Bezoek wordt vooraf gescreend en bij binnenkomst moeten bezoekers zich identificeren om vervolgens te worden geregistreerd en 'piepvrij' door de detectiepoort de inrichting te betreden. Telefoons of andere elektrische apparatuur mogen niet mee naar binnen.
Ook binnen in de inrichting worden veiligheidsmaatregelen genomen. In de inrichting hebben de jongeren niet de bewegingsvrijheid die zij buiten hebben. Jongeren worden altijd begeleid door medewerkers. Alle delen van de inrichting zijn gescheiden in compartimenten waarvan de deuren altijd op slot zitten en enkel medewerkers pasjes of sleutels hebben om toegang mogelijk te maken. Sommige deuren kunnen enkel op afstand door de complexbeveiligers worden geopend. Rondom de leefgroep waarop jongeren verblijven zijn alle kamers te vinden. Van ’s avonds tot ’s ochtends blijven jongeren op hun kamer. De kamerdeur gaat tijdens deze periode op slot.
Voor de KVJJ geldt dat ook sprake is van insluiting, maar dan in een meer huiselijke omgeving. Het gebouw van de KVJJ staat in een woonwijk en heeft geen extra muur of hek. Wel is de voordeur op slot en worden de jongeren in de nacht op hun kamer ingesloten. Overdag kunnen zij, op basis van hun individuele programma, de KVJJ verlaten om bijvoorbeeld naar school te gaan. Bij terugkomst worden de jongeren gefouilleerd en moeten zij zaken als contant geld en hun mobiele telefoon in een kluisje leggen. Ook in de KVJJ wordt bezoek vooraf gescreend en moeten zij zich bij binnenkomst identificeren om vervolgens te worden geregistreerd.
In de KVJJ wordt de beperkte materiële beveiliging aangevuld met relationele beveiliging. Relationele beveiliging wordt, gestoeld op de presentiebenadering, vormgegeven door fysieke aanwezigheid, een constructieve samenwerkingsrelatie tussen de medewerker en de jongere en een warme en oprechte samenwerking waarin juist gedrag wordt gemodelleerd en respect is voor elkaars grenzen.
Drugsontmoedigingsbeleid
Binnen de JJI’s en KVJJ’s zijn gedragsbeïnvloedende middelen, zoals alcohol, soft- en harddrugs, verboden. Het verbod op bezit en gebruik van gedragsbeïnvloedende middelen is vastgelegd in de Regeling urine onderzoek jongerejongeren. Het binnenbrengen van alcohol of drugs in een JJI of KVJJ is strafbaar.
Om aanwezigheid en gebruik van gedragsbeïnvloedende middelen te signaleren, worden detectie, onderzoek aan lichaam en kleding en urinecontroles uitgevoerd en komen drugshonden in de JJI’s en KVJJ’s om drugs op te sporen. Daarnaast kan personeel kamercontroles uitvoeren. Als middelen worden aangetroffen of middelengebruik wordt gesignaleerd, krijgt de jongere een sanctie of pedagogische maatregel.
Als middelengebruik wordt gesignaleerd, dit een belangrijke rol heeft gespeeld in het delict of onderdeel uitmaakt van de problematiek van een jongere, biedt dit aanknopingspunten voor de begeleiding en behandeling. Zo krijgt de jongere voorlichting over de gevolgen van drugsgebruik om hem/haar te stimuleren op verantwoorde wijze met drugs om te gaan. Wanneer sprake is van problematisch middelengebruik en/of een relatie tussen middelengebruik en delictgedrag, worden interventies ingezet, zoals Brains4Use. Dit is een interventie om het recidiverisico te verminderen door het terugdringen van drugs- en alcoholgebruik. Daarnaast vermindert Brains4Use de kans op uitval uit school of werk als gevolg van middelengebruik en voorkomt het schadelijke gevolgen voor het sociaal-emotioneel welbevinden en de gezondheid van de jongeren. In geval van verslaving, wordt al dan niet met externe deskundigen gezocht naar het juiste behandelprogramma.