Verlof voor gedetineerde volwassenen
In de laatste fase van detentie kunnen gedetineerden in aanmerking komen voor re-integratieverlof. Re-integratieverlof is bedoeld om een gedetineerde voor te bereiden op een goede terugkeer in de maatschappij.
Er zijn vier soorten re-integratieverlof:
1.Kortdurend re-integratieverlof om te werken aan de vijf basisvoorwaarden;
2. Kortdurend re-integratieverlof voor het onderhouden van het sociaal netwerk;
3.Langdurend re-integratieverlof voor het onderhouden van het sociaal netwerk of voor het inzetten van een interventie;
4. Re-integratieverlof ten behoeve van extramurale arbeid vanuit een Beperkt Beveiligde Afdeling (BBA).
Re-integratieverlof moet bijdragen aan het realisatie van één of meerdere re-integratiedoelen in het detentie- en re-integratieplan (D&R-plan). Deze zijn gericht op de 5 basisvoorwaarden voor re-integratie: identiteitsbewijs, inkomen, huisvesting, schulden en zorg of het sociaal netwerk. Ook dient het re-integratieverlof overeen te komen met het opgestelde en vastgestelde verlofplan (als onderdeel van het D&R-plan).
Vervolgens bepalen drie criteria of het verlof ook daadwerkelijk wordt verleend:
1. Gedrag gedurendegehele detentie;
2. Mogelijke risico’s;
3. Slachtofferbelangen.
Beslissing over verlof
In de meeste gevallen beslist de directeur van de inrichting waar de gedetineerde verblijft over het re-integratieverlof. Voordat de directeur een beslissing neemt, wint hij of zij informatie in bij de vrijhedencommissie van de inrichting en de selectiefunctionaris van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. In bepaalde zaken is de directeur verplicht om vooraf advies te vragen aan het Openbaar Ministerie. Dit geldt in ieder geval als de gedetineerde is veroordeeld voor een ernstig zedendelict, een ernstig geweldsdelict of mensenhandel.
In sommige gevallen beslist niet de directeur over de verlofaanvraag, maar neemt de selectiefunctionaris van DJI, namens de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de beslissing.
Verlof voor stelselmatige daders
Voor gedetineerden die verblijven in een inrichting voor stelselmatige daders, de zogenoemde veelplegers, gelden speciale regels voor verlof. Zo kan de gedetineerde verlof krijgen voor ten minste 2 uur en ten hoogste 52 uur per week. De directeur beslist over het verlof. Om de duur en de voorwaarden van het verlof te bepalen, houdt de directeur rekening met onder andere het gebleken verantwoordelijkheidsbesef van de gedetineerde.
Re-integratieverlof voor levenslanggestraften
Voor levenslanggestraften kan geen strafrestant bepaald worden. Hierdoor komt deze groep gedetineerden niet in aanmerking voor kort- en langdurend re-integratieverlof of extramurale arbeid in de BBA. Wel kunnen levenslanggestraften na 25 jaar detentie re-integratieactiviteiten aanvragen, waaronder re-integratieverlof. Voordat een levenslanggestrafte dit verzoek mag indienen, adviseert het Adviescollege Levenslanggestraften de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De staatssecretaris beoordeelt of de gedetineerde mag werken aan een mogelijke terugkeer in de maatschappij. Daarbij weegt zij de ontwikkeling van de gedetineerde, de kans op herhaling en de belangen van slachtoffers en nabestaanden mee. De staatssecretaris van Jusitie en Veiligheid bepaalt uiteindelijk welke re-integratieactiviteiten voor de levenslanggestrafte mogelijk zijn. Bij een re-integratieverlof is er altijd electronisch toezicht om de levenslanggestrafte te kunnen volgen.
Kijk voor alle stappen binnen het gratieproces op de website van de Rijksoverheid. Hier is ook een infographic te vinden over het gratieproces. Op de website Justis staat beschreven hoe een gratieverzoek kan worden ingediend.
Wat gebeurt er als de gedetineerde zich niet houdt aan de afspraken?
Een belangrijk doel van verlof is om de gedetineerde weer te leren omgaan met vrijheden en verantwoordelijkheden. Het is dan ook niet uit te sluiten dat een gedetineerde niet of niet op tijd terugkeert van verlof of ervandoor gaat tijdens een begeleid verlof. Dit noemen we een ‘onttrekking’. De gedetineerde kiest ervoor zich aan het toezicht van DJI te onttrekken.
Onttrekking tijdens begeleid verlof
Als een gedetineerde zich probeert te onttrekken tijdens een begeleid verlof, zal de begeleider of beveiliger proberen dit tegen te houden. Daarbij houdt de begeleider rekening met de eigen veiligheid en de veiligheid van de omgeving. In regelgeving staat wat een verlofbegeleider of beveiligingsfunctionaris in zo’n geval moet doen. Het kan zijn dat begeleiders zelf de achtervolging inzetten. Het is ook mogelijk dat om veiligheidsredenen de politie wordt gewaarschuwd.
Ongeoorloofde afwezigheid
Als een gedetineerde niet (op tijd) terugkeert van onbegeleid verlof, noemen we dat een ‘ongeoorloofde afwezigheid’. De directeur van de inrichting meldt dit bij verschillende instanties, zoals de politie en het ministerie van Justitie en Veiligheid. De onttrekking of de ongeoorloofde afwezigheid kan gevolgen hebben voor een volgend verlof.
Regelgeving
Volgens artikel 26 van de Penitentiaire beginselenwet kan een gedetineerde onder bepaalde voorwaarden worden toegestaan om de inrichting te verlaten. Die voorwaarden zijn beschreven in de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (RTVI) .
Wat een begeleider of beveiliger mag doen op het moment dat een gedetineerde zich aan het toezicht wil onttrekken is te vinden in de Geweldinstructie penitentiaire inrichtingen.
De Regeling melding ongeoorloofde afwezigheid bepaalt wie op welk moment aan welke instantie meldt dat een gedetineerde zich heeft onttrokken of niet is teruggekeerd van verlof.