Van recalcitrant gedrag naar een bijzonder gesprek
Verhalen uit de praktijk
Dat het een vreemde tijd is met de coronamaatregelen en dat het leven zowel binnen als buiten de muren anders is dan anders, dat weet iedereen.
Helaas hoor en lees je vooral de minder positieve kant in de media over het gevangeniswezen. Heel Nederland had te maken met beperkingen, en dus ook bij ons. Maar er zijn ook zoveel positieve aspecten aan deze vreemde tijd.
Gevolgen coronamaatregelen
Ja, het klopt dat gedetineerden geen familiebezoek konden ontvangen en dat het dagprogramma versoberd is door het beperken van groepsactiviteiten. Maar gedetineerden kunnen nu skypen met de familie en dat loopt goed. Net als telefonie op cel op mijn afdeling, wat een hoop rust brengt. Gelukkig wordt familiebezoek nu weer opgestart, al is het met inachtneming van de bijbehorende veiligheidsmaatregelen.
Op de afdeling waar ik werk, de afdeling Extra Zorg (EZV), zijn de arbeidsblokken geschrapt. Daarvoor in de plaats is er nu meer recreatietijd. En dat zorgt ervoor dat gedetineerden onderling een betere band krijgen, maar ook tussen het personeel en de gedetineerden is iets veranderd. De gesprekken die nu ontstaan, nu er meer tijd is om te investeren in de persoon zelf, zijn soms verrassend.
Dutch Cell Dogs
Carlo verblijft nu een maand of vier op de EZV-afdeling. Zijn non-verbale communicatie komt alles behalve vriendelijk over en zijn manier van bewegen over de afdeling is ook al niet uitnodigend voor een gesprek. Meerdere pogingen om hem te bereiken hebben niet veel opgeleverd. Ja, een “Ga weg man!” of een boze blik, maar dat was het dan ook wel. Tot het moment dat ik hem zag lopen over de afdeling in een zwart t-shirt met grote letters erop: Dutch Cell Dogs.
Ik geef niet graag op en ik probeerde opnieuw voor de zoveelste keer een gesprekje met hem aan te knopen. Ik vroeg hem of hij aan het Dutch Cell Dogs-project heeft meegedaan. Mijn eenvoudige vraag, werd ineens meer dan uitgebreid beantwoord. Ik was stomverbaasd!
Mijn gezichtsuitdrukking veranderde, zijn manier van praten veranderde en de boze blik of snauw waren nergens te bekennen. En juist door de verruiming van de recreatietijden kon ik ook echt naar hem luisteren en hoefde ik hem niet af te kappen omdat de deur weer dicht moest. En zo praatten we bijna een uur met elkaar. Een gesprek waarin hij mij met enthousiasme vertelde over zijn bijzondere band met Varna: de hond die hij bij zich heeft gehad in het trainingsprogramma van Dutch Cell Dogs. Carlo liet een foto zien van Varna én het certificaat wat ze samen hebben behaald. Hij straalde van trots. Gaandeweg het gesprek vertelde hij mij ook over zijn familie en heel belangrijk, en hoe hij denkt over zijn leven na detentie. Zijn dromen en doelen, deze kant van hem had ik in al die tijd nog niet gezien.
Sindsdien durft hij zijn handen beetje bij beetje te laten zakken. Hij komt zo nu en dan uit zichzelf een praatje maken, of vraagt of ik mee wil doen om een spelletje Rummikub te spelen tijdens de recreatie. Heel vriendelijk kijkt hij nog altijd niet, maar ik kan er nu wel doorheen prikken. Hij durft het te zeggen als hij niet goed in zijn vel zit en als hij even wil sparren over problemen. Hij durft om hulp te vragen.
“Jullie zijn zo slecht nog niet” zei hij laatst met het insluiten aan het einde van de dag. En voor iemand die nooit het achterste van zijn tong wilde laten zien, neem ik dat op als een groot compliment.