Loze beloftes (Gesprekken in de gevangenis - 1)
Verhalen uit de praktijk
Geestelijk verzorger Margreet spreekt in de gevangenis waar ze werkt dagelijks met de vrouwen die daar verblijven. In deze reeks deelt ze verhalen die indruk op haar hebben gemaakt
Op Mirjams bezoekerslijst staan alleen ex-gedetineerden. Vriendinnen uit de gevangenis. Ze beloofden haar te bezoeken. Familie, vrienden van vroeger, zelfs haar kinderen staan niet op die lijst. Ze komen nooit.
Waarom niet? Boosheid, schaamte, desinteresse? Mirjam spreekt er niet over. Wel over die vriendinnen. “Niemand doet wat ze hebben beloofd. Er komt niemand!” Mirjam snapt wel hoe dat gaat als je eenmaal buiten bent. Je wilt niet terug. Je wilt niet herinnerd worden aan die tijd. En laten we wel zijn, Ter Peel ligt ook niet om de hoek.
Belofte van vriendschap
Toch heeft ze iedere keer weer hoop als een celmaatje vertrekt en zegt: “ik kom langs.” Haar kleren blijven achter. Als om je te herinneren aan het gezelschap en de aangename gesprekken, de lol en de vriendschap. En zo draag je al vijf jaar kleren van anderen. Kleren met een herinnering, kleren vol hoop en belofte dat ook jij een keer vrijkomt. Maar meer nog kleren vol belofte van vriendschap.
De vriendinnen kwamen nooit meer terug. Zij vertrokken naar de vrijheid. Wat achterbleef waren lege beloftes en de kleren.
Nieuwe kleren
Deze keer is anders. Antoinette heeft vrijwillig weer contact met Mirjam opgenomen. Ze wil op bezoek komen. En ze neemt nieuwe kleren mee! Alle maten zijn doorgegeven. In de loop der jaren zijn er wat kilootjes bijgekomen. De foto op de detentiekaart laat een jonge vrouw zien. Dat is ze niet meer.
Voor het eerst zie ik weer een glimlach. “Eindelijk kan ik weer eens mijn eigen kleren uitzoeken”. Maar Mirjam heeft geen idee wat er in de mode is. Ze heeft geen idee wat haar zal staan. Donkere kleuren heeft ze doorgegeven. Dat matched ook makkelijk. Je mag namelijk maar vier stuks hebben.
Ik zeg haar dat ik benieuwd ben naar de vernieuwde versie van haar zelf volgende week. Na het bezoek. Let it be…